Wat doe je met een over- 🙂 doses, vers geplukte blauwe pruimen…?

Je kunt er natuurlijk een lekkere jam van maken. De aanblik van dit recept met “snelle pruimentaart” deed mij echter al op voorhand, het water in de mond lopen…
Gezien het tempo waarmee de taart verslonden is, is het zeker voor herhaling vatbaar– om van te watertanden dus 🙂

Loopt het water je ook al in de mond? Bij deze deel ik graag het (niet moeilijke) recept.
Het gebruik van amandelmeel maakt deze taart extra lekker.




Ingrediënten:

12 kleine pruimen
150 gram (room) boter
100 gram suiker
3 eieren
50 gram amandelmeel (kan ook vervangen worden door zelfrijzend bakmeel)
100 gram zelfrijzend bakmeel
snufje zout

Gebruik een springvorm van 22, 23, of 24 cm

Werkwijze:

Oven alvast voorverwarmen op 170 graden.
De puimen halveren (grote pruimen in vieren delen).
Boter en suiker luchtig kloppen tot een wit mengsel.
De eieren er één voor één aan toevoegen met de mixer (de massa lijkt te gaan schiften– is oké :-))
Vervolgens het amandelmeel, het zelfrijzend bakmeel en het zout tot één geheel mixen en klaar is het mengel.

Bedek de bodem van je vorm met bakpapier en vet de rest in met boter (of bakspray).
Giet het mengel in de vorm en verdeel de pruimen over het beslag.

De pruimentaart bak je af in ongeveer 35-45 minuten, in een voorverwarmde oven bij 170 graden. De taart is gaar wanneer een satéprikker er droog en schoon uitkomt. Garneer met wat poedersuiker voor een mooie finish. Eet smakelijk!

(snelle pruimentaart– bron: Uit Paulines Keuken)